door Harry Alstede
Er bestaan bij de Siamees, net zoals bij zoveel andere rassen, heftige meningsverschillen tussen fokkers en kattenorganisaties, omdat de catfancy nu eenmaal veel emotie kent maar helaas ook weinig ratio.
In de tweede plaats worden veel van de katten , die in Europa worden tentoongesteld als Siamezen zoals:
- red- & cream points,
- tortie points,
- tabby (lynx) points,
- cinnamon- & fawn points.
door de CFA en andere Amerikaanse organisaties niet als zodanig erkend, maar deze moeten worden geregistreerd en tentoongesteld als Colorpoint Shorthair.
Deze katten met hun points waren niet de enige inheemse variëteit. Onder de andere inheemse katten die in de geschriften worden vermeld, bevinden zich:
- de Si-Sawat (effen blauw), veroorzaakt door het dominante gen voor volledige pigmentatie “C ”, waar het point-gen “cs “ in Azië uit gemuteerd is. Deze effen gekleurde oosterse korthaarkat bestond dus in Thailand eerder dan de Siamees.
- de Supalak ( koperachtig bruin)
In Midden Rusland werd door de bioloog Simon Pallas
in
1793 een 3-tal pointkatten met een licht kastanjebruine lichaamskleur beschreven,
die donkerder waren op de rug en lichter op de flanken en de buik, terwijl de
oren, poten en staart helemaal zwart waren. Het verschil in klimaat tussen
Rusland en Zuidoost Azië zou de donkerder kleur kunnen verklaren. Hoe lager de
temperatuur, hoe meer pigment er wordt geproduceerd. De kop van deze katten
was spitser dan de “gewone kat”, maar op de afbeelding van zijn verslag is de
kop tamelijk rond. Aanhangers van de “Traditionele Siamees” prefereren deze
ronde kopvorm en fokken deze voort onder de naam Thai.
Maar niemand weet of de door Pallas beschreven katten afkomstig waren uit geïmporteerde Siamezen of dat de point-gen mutatie in dit gebied spontaan optrad. Hoewel het Siamezenpatroon zeker al ettelijke honderden jaren bij katten uit Siam (Thailand) bestaat, zoals blijkt uit Thai-manuscripten is het toch discutabel of het daar ook is ontstaan.
Bent u geïnteresseerd in de geschiedenis van de Siamees in de USA, klik dan op de foto hieronder:
In het algemeen is een ras een populatie die een maximum aan gemeenschappelijke fysieke punten deelt en deze geheel uit zichzelf weer produceert. In de catfancy echter, is een ras wat cultureel door de catfancy erkend wordt. Raskatten fokken is, in vergelijk met honden, een aangelegenheid van de laatste tijd. Pointkatten (cscs) en volledig gepigmenteerde katten (C-) hebben altijd bestaan in Zuidoost Azië en aangezien men de pointkat met diens blauwe oogkleur verkoos toen die in de 19de eeuw geëxporteerd werden, ging het waarschijnlijk om het feit dat de kleur zoveel verschilde van de bestaande bastaardkatten. Later kwamen ook de volledig gekleurde katten, weer opgebouwd door sommige fokkers zoals de belangrijkste Pat Turner, met haar werk geholpen door de geneticus Roy Robinson.
- De chocolate points stonden in 1931, net als de blue points, bij de meeste fokkers niet erg hoog aangeschreven; ze werden beschouwd als mislukte seal points.
- In 1896 werd een blue point Siamees in Londen tentoongesteld door een zekere Spearman, die net teruggekeerd was uit Siam. Deze blue point werd door de keurmeester gediskwalificeerd ondanks protest van de eigenaar die beweerde dat er in Siam meer van rondliepen. In 1902 weigert de pas in 1901 opgerichte Siamese Cat Club of England de blue point te erkennen. De blue point werd beschouwd als kruisingsproduct.
- Om red points te fokken heeft men in Amerika het gen voor rood (Orange) in het Siamese ras gebracht d.m.v. een langharige rode tabby en in Engeland een half-Siamese schildpad. In 1934 werden in Engeland al 2 red points tentoongesteld op een Siamese Cat club.
- In 1902 werd al melding gemaakt van een Siamese tabby. In 1924 publiceerde een Zweedse geneticus de resultaten van fokexperimenten, waaruit tabby points waren voortgekomen. In 1940 werden er nog een paar in Scotland gefokt, maar pas in de jaren zestig begonnen fokkers weer echt belangstelling voor tabby’s aan de dag te leggen. Op de eerste kattenshow na erkenning werd een tabby point uitgeroepen tot beste Siamees.
- Een variëteit waarvan het bestaan niet voor mogelijk werd gehouden, was de silver tabby point, hoewel men nu weet dat de eerste lilac tabby point Siamezen in werkelijkheid lilac silver tabby points waren. De genetici (waaronder R. Robinson in deel 1 van zijn boek Genetics for Cat Breeders)
en fokkers dachten
tot 1970 dat de zilverkleur werd geproduceerd door het z.g. recessieve
chinchilla-gen (cch), een gen uit de reeks albinogenen,
waartoe ook het Siamezen-gen behoort:
- de recessieve Chinchilla (cch )
- de Burmees (cb),
- de Siamees (cs),
- de Albino met blauwe ogen (ca),
- de Albino met niet
gepigmenteerde roze irissen.
Dit zou betekenen dat een kat ofwel zilverkleurig ofwel Siamees kan zijn maar niet
beide. Maar de ontdekking van het dominante gen voor pigmentremming “I“
(Inhibitor), dat verantwoordelijk is voor de zilverkleur bij katten, betekende dat deze
kleur wel degelijk mogelijk was (I- cscs). Het zilver is moeilijker te zien bij zilver-
pointkatten en ik ben ervan overtuigd dat het zilver-gen meer bij de Siamezen
ongemerkt is ingeslopen dan men wel denkt. De FIFe heeft in 1996 besloten de
combinatie van Siamezen/Balinezen met enige silver-variëteit te verbieden.
Evenzo werd
besloten in 1996 ook de combinatie van SIA/BAL met katten met witte
vlekken te verbieden.
- De Siamees met wit werd daarom alleen door de FIFe in 2006 erkend onder de
Fancynaam Seychellois Korthaar (SYS) en Seychellois Langhaar (SYL)
Deze variëteit mocht beslist niet Siamees met wit heten. De Siamees met wit was niet
louter een bijproduct of de vruchten van een vergissing, die fokkers nu maar eens
wilden legaliseren. Het dominante bicolour gen komt niet van Mars maar is door
weloverwogen combinaties door verschillende fokkers vanaf 1979 op verschillende
plaatsen in de wereld gemaakt door uitkruisingen met bicolour Cornish Rex, bicolour
bastaard katten van Marokko, bicolour huiskatten en er is ook een lijn gestart die
opgebouwd is uit een bicolour American Shorthair.
- Katten in Siam (Zuidoost-Azië) werden geëerbiedigd en gewaardeerd. Vele kleuren en
tekeningen worden afgebeeld in de Cat Book Poems. Dit boek dat dateert uit de periode
tussen 1350 en 1750 is waarschijnlijk het oudste boek dat is gewijd aan katten.
Hier zijn het zwart met witte tweekleurige katten die hierboven afgebeeld zijn. Men treft er
ook de voorouders in aan van relatief nieuwe rassen als Siamezen, Burmezen en Korat
katten.
- In 1962 begon een Engelse fokster Pat Turner en deskundige op het gebied van
erfelijkheidsleer met een 10-jaren programma dat moest leiden tot een ras van
fokzuivere, blauwogige witte katten, die niet te kampen hadden met doofheid en in
uiterlijk en karakter totaal verschilden van de andere witte rassen. Het nieuwe ras
werd een
Siamees met een witte jas en voorgedragen voor erkenning als de Foreign
White.
Ras & Vachtkleur |
Genotype |
Erkenning door Kattenorganisaties |
Jaartal |
Siamees (SIA) |
|
erkend met/zonder CAC: GCCF 1889, 1893, 1902, 1935. CFA 1906, 1919, 1934, 1955, 1967, 2006 |
voorlopig/volledig |
Seal point
|
aa B- cscs D- |
GCCF 1893 herz. 1901 |
zelfde standaard. FIFe 1949 |
Blue point
|
aa B- cscs dd |
1896 disq. ; CFA ‘32; GCCF 1936 |
zelfde std. FIFe 1949 |
Chocolate point
|
aa bb cscs D- |
CFA ’51; GCCF 1950 |
zelfde std. FIFe 1950 |
Lilac point
|
aa bb cscs dd |
CFA ’55 Frost point; GCCF 1960 |
zelfde std. FIFe 1967 |
Tabby point
|
A- cscs |
CFA ’70 Lynx point; GCCF 1966 |
zelfde std. FIFe 1973 |
Torbie point
|
A- cscs Oo |
CFA ’70: GCCF 1966 |
zelfde std. FIFe 1973 |
Tortie point
|
aa cscs Oo |
CFA ‘70; GCCF 1966 |
zelfde std. FIFe 1973 |
Red (tabby) point
|
A-/aa cscs D- O(O) |
CFA ‘64; GCCF 1966, FIFe 1986 |
zelfde std. FIFe 1973 |
Cream (tabby) point
|
A-/aa cscs dd O(O) |
GCCF 1967, FIFe 1986 |
FIFe 1981 |
Cinnamon point
|
aa blbl cscs D- |
NLOA 1980* |
FIFe 2005 |
Fawn point
|
aa blbl cscs dd |
NLOA 1982 |
FIFe 2005 |
Seychellois(SYS/SYL) |
Alle kleuren van SIA/BAL |
|
FIFe 2006 |
Bicolour
|
cscs Ss L- /ll |
|
FIFe 2006 |
Harlekijn/Van |
cscs SS L-/ll |
|
FIFe 2006 |
Balinees (BAL)
|
cscs ll in alle SIA-vachtkleuren cscsLl = Variant SIA |
CFA 1970, FIFe 1986 |
FIFe 1983 |
Oosters Korthaar/Langhaar (OSH/OLH) |
|
erkenning zonder/ met CAC; CFA 1974/76 GCCF 1991 Oriental |
voorlopig/volledig |
Zwart (ebony)
|
aa B- C- D- |
GCCF 1980 Foreign Black |
FIFe 1972/74/75 |
Blauw
|
aa B- C- dd |
GCCF 1985 Foreign Blue |
FIFe 1975 |
Chocolate (havana)
|
aa bb C- D- |
CFA’59 Havana Brown GCCF ’58/'60 Chestnut Brown, FIFe 1959 CAC status |
zelfde stand.FIFe ‘74/75 |
Lilac (lavender)
|
aa bb C- dd |
GCCF 1974/’77 Foreign Lilac |
zelfde stand.FIFe ’74/75 |
Foreign White
Oriental White
|
cscs W-
C-W- |
GCCF 1977
CFA 1976 |
zelfde stand.FIFe ’74/75
in de oogkleuren 61, 63, 64, 67 |
Tabby (22,23,24-n,a,b,d,s)
|
A- C- +dd |
GCCF 1978/1980; Silver tabby 1996 |
zelfde stand. FIFe ’75/79 |
Tortie + verdunning
|
aa C- Oo +dd |
GCCF 1989 |
zelfde stand. FIFe 1975 |
Red + verdunning
|
aa C- O(O)+dd |
GCCF 1995 Cream: 1999 |
zelfde stand. FIFe 1975 |
Smoke (n,a,b,c)
|
aa I- |
GCCF 1995/2001 |
FIFe 1986 |
Cinnamon
|
aa blbl C- D- |
NLOA 1980 GCCF 1996 |
FIFe 1990 |
Fawn
|
aa blbl C- dd |
NLOA 1982 GCCF 1996/ |
FIFe 1990 |
Bicolour
|
aa C- Ss |
NLOA 1991 |
FIFe 2004 |
Harlekijn/Van
|
aa C- SS |
NLOA 1991 |
FIFe 2004 |
Peterbald (PAB)
|
|
|
FIFe 2007 - voorlopig |
* Nederlandse Onafhankelijke Verenigingen