De Siamees, onderwerp van heftige meningsverschillen

 

door Harry Alstede

 

Er bestaan bij de Siamees, net zoals bij zoveel andere rassen, heftige meningsverschillen tussen fokkers en kattenorganisaties, omdat de catfancy nu eenmaal veel emotie kent maar helaas ook weinig ratio.

 

 

De “ ideale” Siamees

 

In de eerste plaats verschillen de meningen aan beide zijden van de Atlantische oceaan aanzienlijk over de “ideale” Siamees; de Amerikanen geven de voorkeur aan:

-         een extreem oosterse slanke en lange lichaamsbouw

-         een zeer smalle wigvormige kop met een zeer strak profiel (een ‘Romeinse’ neus),

 terwijl  de Europeanen hun eisen niet zo hoog opschroeven en de Oosterse amandelvormige oogvorm (soms wat te diepliggend) met geloken blik, verkiezen boven de in het gezicht dominerende rondere oogvorm van het Amerikaanse type Siamees.

In de tweede plaats worden veel van de katten , die in Europa worden tentoongesteld als Siamezen zoals:

 

-         red- & cream points,

-         tortie points,

-         tabby (lynx) points,

-         cinnamon- & fawn points.

 

door de CFA en andere Amerikaanse organisaties niet als zodanig erkend, maar deze moeten worden geregistreerd en tentoongesteld als Colorpoint Shorthair.

 

 

De oorsprong van de Siamees en Oosters Korthaar

 

De geschiedenis van de Siamees staat opgetekend in de oude literatuur van Siam (thans Thailand). Een Siamees was een zeer geliefde variëteit in de oude Siamese hoofdstad Ayutthaia (gesticht in 1350 en platgebrand in 1767).
 

 

In de Thaise Nationale Bibliotheek, in de huidige hoofdstad Bangkok, bevinden zich manuscripten uit Ayutthaia die bewaard zijn gebleven en die een opsomming geven van de inheemse katten, honden en vogels uit die tijd. Een Siamees uit vroegere tijden staat afgebeeld in het bekendste manuscript de Cat-Book Poems, waarbij de kleur is beperkt tot de uiterste delen van de points, mogelijk voor een deel een idealisering, maar ook het resultaat van een heet klimaat, aangezien de vorming van pigment bij Siamezen afhankelijk is van de temperatuur, hoe kouder de omgeving, des te donkerder de kleur. Lees meer over de Cat-Book Poems door op de afbeelding hieronder te klikken.

 


The Dork-Lao, identified as Si-sawat or Korat, and the Maew Kaew (Jewel cat) identified as the Siamese
(from "The legend of Siamese Cats)
 

 Bij de Siamese aftekening is er in de lichaamsharen minder pigment dan in de haren op de points. De temperatuur bij de points is namelijk een paar graden lager dan in de rest van het lichaam en de hoeveelheid geproduceerd pigment is afhankelijk van de temperatuur. De pigmentremmende werking van het point-gen “cs” op de warme delen van het lichaam is in de tropen dus optimaal.

Deze katten met hun points waren niet de enige inheemse variëteit. Onder de andere inheemse katten die in de geschriften worden vermeld, bevinden zich:

      -  de Si-Sawat (effen blauw), veroorzaakt door het dominante gen voor volledige pigmentatie “C ”, waar het point-gen “cs “ in Azië uit gemuteerd is. Deze effen gekleurde oosterse korthaarkat bestond dus in Thailand eerder dan de Siamees.

            -  de Supalak ( koperachtig bruin)

In Midden Rusland werd door de bioloog Simon Pallas


 

 in 1793 een 3-tal pointkatten met een licht kastanjebruine lichaamskleur beschreven, die donkerder waren op de rug en lichter op de flanken en de buik, terwijl de oren, poten en staart helemaal zwart waren. Het verschil in klimaat tussen Rusland en Zuidoost Azië zou de donkerder kleur kunnen verklaren. Hoe lager de temperatuur, hoe meer pigment er wordt geproduceerd. De kop van deze katten was spitser dan de “gewone kat”, maar op de afbeelding van zijn verslag is de kop tamelijk rond. Aanhangers van de “Traditionele Siamees” prefereren deze ronde kopvorm en fokken deze voort onder de naam Thai.
 

 

Maar niemand weet of de door Pallas beschreven katten afkomstig waren uit geïmporteerde Siamezen of dat de point-gen mutatie in dit gebied spontaan optrad. Hoewel het Siamezenpatroon zeker al ettelijke honderden jaren bij katten uit Siam (Thailand) bestaat, zoals blijkt uit Thai-manuscripten is het toch discutabel of het daar ook is ontstaan.

 

 

De Siamees en Oosters Korthaar in de wereld van de raskatten

 

De Engelse consul-generaal in Bangkok had in 1884 een paar seal point Siamezen gekocht, die zijn zuster in 1885 in Londen tentoonstelde. Maar al zeker 14 jaar eerder waren in Europa Siamezen gesignaleerd op de Crystal Palace show in 1871.

 Op een foto uit het begin van de 20ste eeuw stonden kittens afgebeeld, die veel minder rank gebouwd waren dan de huidige Siamezen. Een van de kittens heeft witte tenen, tegenwoordig een ernstige fout.
 


 

Op de General Assembly van de FIFe in 1972 te Amsterdam leverde een witte vlek groter dan 1cm in diameter diskwalificatie op bij alle rassen, behalve bij witte, schildpad/wit , bicolours en Cornish Rex.

De eerste Siamezen in Europa waren het onderwerp van veel speculatie en kritiek over ondermeer de oorsprong van de loensende ogen en geknikte staart, die gebruikelijke kenmerken van het ras waren.

 


 

 Met de komst van de Siamezen kwamen ook diverse verhalen mee over deze kenmerken en anders werden ze wel ter plekke verzonnen. Zo vertelt een legende dat de knikstaart zou zijn ontstaan doordat prinsessen die gingen baden, hun ringen in bewaring gaven aan hun Siamezen door ze om hun staart te doen.

Beide kenmerken schijnen een genetische oorzaak te hebben.

Met name de loensende blik schijnt rechtstreeks samen te hangen met het point-gen. Een vervelend neveneffect van het point-gen is, dat het naast de blauwe oogkleur ook afwijkingen veroorzaakt in de oogzenuwen, die resulteren in een gestoorde verbinding in de ogen en hersenen. De meeste katten met de pointtekening lijken deze handicap te overwinnen door een of ander “blokkerend”  mechanisme in de hersenen ; ze hebben echter een sterk gereduceerd binoculair (drie dimensionaal) gezichtsvermogen.. Bij sommige werkt dit blokkerende mechanisme blijkbaar niet, ze zien dus dubbel; deze katten krijgen een loense blik in een poging tot compensatie. Bij stamboek Siamese katten is door selectief fokken het optreden van een loense blik voor een groot deel teruggedrongen.

De allereerste Siamese kampioen in Engeland, een kat genaamd Wankee, die in 1895 in Hongkong was geboren, had een geknikte staart. De overerving van de knik is nog onduidelijk, maar dit verschijnsel komt veel voor in Zuidoost Azië. Op de FIFe-GA van 1972 werd  aangenomen dat loensende katten en katten met knikstaart de CAC wordt onthouden.

Fokkers zijn bezig het optreden van bovengenoemde gebreken te reduceren door selectief fokken, hetgeen wijst op een polygenetische verervingswijze, waarbij de genen als groep optreden, die door de fokkers apart niet te manipuleren zijn, maar de invloed van deze groep van genen  kan geleidelijk aan worden vergroot door selectief fokken door de generaties heen.

  Bent u geïnteresseerd in de geschiedenis van de Siamees in de USA, klik dan op de foto hieronder:

 

Definitie van een ras

 

In het algemeen is een ras een populatie die een maximum aan gemeenschappelijke fysieke punten deelt en deze geheel uit zichzelf weer produceert. In de catfancy echter, is een ras wat cultureel door de catfancy erkend wordt. Raskatten fokken is, in vergelijk met honden, een aangelegenheid van de laatste tijd. Pointkatten (cscs) en volledig gepigmenteerde katten (C-) hebben altijd bestaan in Zuidoost Azië en aangezien men de pointkat met diens blauwe oogkleur verkoos toen die in de 19de eeuw geëxporteerd werden, ging  het waarschijnlijk om het feit dat de kleur zoveel verschilde van de bestaande bastaardkatten. Later kwamen ook de volledig gekleurde katten, weer opgebouwd door sommige fokkers zoals de belangrijkste Pat Turner, met haar werk geholpen door de geneticus Roy Robinson.

 

Erkenning  Siamese en Oosterse rassen & kleurvariëteiten door de  Kattenorganisaties

 

De erkenning van de overige Oosters rassen van Categorie IV en diverse mogelijke vachtkleuren en patronen heeft tot op de dag van vandaag heel wat voeten in de aarde gehad:


 

-      De chocolate points stonden in 1931, net als de blue points, bij de meeste fokkers niet erg hoog aangeschreven; ze werden beschouwd als mislukte seal points.

-   In 1896 werd een blue point Siamees in Londen tentoongesteld door een zekere Spearman, die net teruggekeerd was uit Siam. Deze blue point werd door de keurmeester gediskwalificeerd ondanks protest van de eigenaar die beweerde dat er in Siam meer van rondliepen. In 1902 weigert de pas in 1901 opgerichte Siamese Cat Club of England de blue point te erkennen. De blue point werd beschouwd als kruisingsproduct.

-      Fokkers van lilac points werden niet alleen geconfronteerd met de minachting van andere fokkers, maar ook met het feit dat er zo weinig lilac point poezen werden geboren. Veel van de eerste in Engeland gefokte lilac points hadden Russisch Blauw katten onder hun voorouders. Momenteel worden seal-, blue-, chocolate- en lilac point Siamezen door vele Amerikaanse kattenorganisaties en veel traditionele fokkers (puristen) elders, als echte Siamees beschouwd. Sommigen trekken echter nog steeds de grens bij de seal point. Een stamboom van een Siamees moet op z’n minst 8 generaties Siamezen bevatten. Pointkatten in andere kleuren dan de 4 ’echte’, lynxpoints en pointed kittens uit Orientals, worden door de CFA als Colorpoint Shorthair geregistreerd.

-      Om red points te fokken heeft men in Amerika het gen voor rood (Orange) in het Siamese ras gebracht  d.m.v. een langharige rode tabby en in Engeland een half-Siamese schildpad. In 1934 werden in Engeland al 2 red points tentoongesteld op een Siamese Cat club.

-      In 1902 werd al melding gemaakt van een Siamese tabby. In 1924 publiceerde een Zweedse geneticus de resultaten van fokexperimenten, waaruit tabby points waren voortgekomen. In 1940 werden er nog een paar in Scotland gefokt, maar pas in de jaren zestig begonnen fokkers weer echt belangstelling voor tabby’s aan de dag te leggen. Op de eerste kattenshow na erkenning werd een tabby point uitgeroepen tot beste Siamees.

-      Een variëteit waarvan het bestaan niet voor mogelijk werd gehouden, was de silver tabby point, hoewel men nu weet dat de eerste lilac tabby point Siamezen in werkelijkheid lilac silver tabby points waren. De genetici (waaronder R. Robinson in deel 1 van zijn boek Genetics for Cat Breeders)

 

     

 

    en fokkers dachten tot 1970 dat de zilverkleur werd geproduceerd door het z.g. recessieve chinchilla-gen (cch), een gen uit de reeks albinogenen, waartoe ook het Siamezen-gen  behoort:
 

  -     de recessieve Chinchilla (cch )

      -     de Burmees (cb),

      -     de Siamees (cs),

      -     de Albino met blauwe ogen (ca),

      -     de Albino met niet gepigmenteerde roze irissen.
 

      Dit zou betekenen dat een kat ofwel zilverkleurig ofwel Siamees kan zijn maar niet

          beide. Maar de ontdekking van het dominante gen voor pigmentremming “I“        

            (Inhibitor), dat verantwoordelijk is voor de zilverkleur bij katten, betekende dat deze

          kleur wel degelijk mogelijk was (I- cscs). Het zilver is moeilijker te zien bij zilver-

          pointkatten en ik ben ervan overtuigd dat het zilver-gen meer bij de Siamezen 

          ongemerkt is ingeslopen dan men wel denkt. De FIFe heeft in 1996 besloten de

          combinatie van Siamezen/Balinezen met enige silver-variëteit te verbieden.

          Evenzo werd besloten in 1996 ook de combinatie van SIA/BAL met katten met witte
          vlekken te verbieden.

 

       -  De Siamees met wit werd daarom alleen door de FIFe in 2006 erkend onder de

          Fancynaam  Seychellois Korthaar (SYS) en Seychellois Langhaar (SYL)

          Deze variëteit mocht beslist niet Siamees met wit heten. De Siamees met wit was niet

          louter een bijproduct of de vruchten van een vergissing, die fokkers nu maar eens

          wilden legaliseren. Het dominante bicolour gen komt niet van Mars maar is door

          weloverwogen combinaties door verschillende fokkers vanaf 1979 op verschillende

          plaatsen in de wereld gemaakt door uitkruisingen met bicolour Cornish Rex, bicolour

          bastaard katten van Marokko, bicolour huiskatten en er is ook een lijn  gestart die

          opgebouwd is uit een bicolour American Shorthair.

 

    -     Katten in Siam (Zuidoost-Azië) werden geëerbiedigd en gewaardeerd. Vele kleuren en

          tekeningen worden afgebeeld in de Cat Book Poems. Dit boek dat dateert uit de periode

          tussen 1350 en 1750 is waarschijnlijk het oudste boek dat is gewijd aan katten.

 

                              

 

          Hier zijn het zwart met witte tweekleurige katten die hierboven afgebeeld zijn. Men treft er

          ook de voorouders in aan van relatief nieuwe rassen als Siamezen, Burmezen en Korat

          katten.

 

-     In 1962 begon een Engelse fokster Pat Turner en deskundige op het gebied van

      erfelijkheidsleer met een 10-jaren programma dat moest leiden tot een ras van

      fokzuivere, blauwogige witte katten, die niet te kampen hadden met doofheid en in

      uiterlijk en karakter totaal verschilden van de andere witte rassen. Het nieuwe ras

      werd een Siamees met een witte jas en voorgedragen voor erkenning als de Foreign
      White.

 

                          

 

  

 

Ras  & Vachtkleur 

Genotype

Erkenning door Kattenorganisaties

Jaartal

Siamees (SIA)                                       

 

erkend met/zonder CAC:

GCCF 1889, 1893, 1902, 1935.

CFA 1906, 1919, 1934, 1955, 1967, 2006

voorlopig/volledig

Seal point

aa B- cscs D-

GCCF  1893 herz. 1901      

zelfde standaard. FIFe 1949

Blue point

aa B- cscs dd

1896 disq. ; CFA ‘32;    GCCF 1936           

zelfde std. FIFe 1949

Chocolate point

aa bb cscs D-

CFA ’51;    GCCF 1950     

zelfde std. FIFe 1950

Lilac point

aa bb cscs dd

CFA ’55 Frost point;    GCCF 1960

zelfde std. FIFe 1967

Tabby point

A- cscs

CFA ’70 Lynx point;    GCCF 1966

zelfde std. FIFe 1973

Torbie point

A- cscs Oo

CFA ’70:    GCCF 1966

zelfde std. FIFe 1973

Tortie point

aa cscs Oo

CFA ‘70;    GCCF 1966

zelfde std. FIFe 1973

Red (tabby) point

A-/aa cscs D- O(O)

CFA ‘64;    GCCF 1966, FIFe 1986

zelfde std. FIFe 1973

Cream (tabby) point

A-/aa cscs dd O(O)

GCCF 1967, FIFe 1986                              

FIFe 1981

Cinnamon point

aa blbl cscs D-

NLOA 1980*

FIFe 2005

Fawn point

aa blbl cscs dd

NLOA 1982

FIFe 2005

Seychellois

(SYS/SYL)

Alle kleuren van SIA/BAL

 

FIFe 2006                                                                

Bicolour

cscs Ss  L- /ll 

 

FIFe 2006                                                                                  

Harlekijn/Van       

cscs SS  L-/ll

 

FIFe 2006

Balinees (BAL)

cscs  ll  in alle SIA-vachtkleuren

cscsLl = Variant SIA

CFA 1970, FIFe 1986

FIFe 1983                                                                               

Oosters Korthaar/Langhaar (OSH/OLH) 

                    

erkenning zonder/ met CAC; CFA 1974/76 GCCF 1991 Oriental

voorlopig/volledig

Zwart (ebony)

aa B- C- D-

GCCF  1980

Foreign Black

FIFe 1972/74/75

Blauw

aa B- C- dd

GCCF 1985

Foreign Blue

FIFe 1975

Chocolate (havana)

aa bb C- D-

CFA’59 Havana Brown GCCF ’58/'60 Chestnut Brown, FIFe 1959 CAC status

zelfde stand.FIFe  ‘74/75

Lilac (lavender)

aa bb C- dd

GCCF 1974/’77

Foreign Lilac

zelfde stand.FIFe ’74/75

Foreign White

Oriental White

                  

cscs  W-

 

 

 

 

C-W-

GCCF 1977

 

 

 

 

CFA 1976

zelfde stand.FIFe ’74/75

 

 

 

 

in de oogkleuren 61, 63, 64, 67

Tabby (22,23,24-n,a,b,d,s)

A-  C-    +dd

GCCF 1978/1980; Silver tabby 1996

zelfde stand. FIFe ’75/79

Tortie   + verdunning

  

aa   C-  Oo  +dd

GCCF 1989

zelfde stand. FIFe 1975

Red  + verdunning

aa   C- O(O)+dd

GCCF 1995

Cream: 1999

zelfde stand. FIFe 1975

Smoke  (n,a,b,c)

          

aa I-

GCCF 1995/2001

FIFe  1986

Cinnamon

aa blbl C- D-

NLOA 1980

GCCF 1996

FIFe 1990

Fawn

aa blbl C- dd

NLOA 1982

GCCF 1996/

FIFe 1990

Bicolour

aa      C-  Ss

NLOA 1991

FIFe 2004

Harlekijn/Van

              

aa      C-  SS

NLOA 1991

FIFe 2004

Peterbald (PAB)

 

 

FIFe 2007 - voorlopig

 

* Nederlandse Onafhankelijke Verenigingen